Baby Jezus: een psychologisch trucje!

Bijna kerst! Dus ik voel me een beetje verplicht om een blog in kerstsfeer te schrijven. Iets vrolijks, iets rondom hoop en licht in de duisternis. Want zeg nou zelf, kerst verdient bijzondere aandacht – zonder het kerstverhaal was er geen christelijk geloof geweest.
Het is op zich ook niet zo moeilijk voor mij om een positief geloofsverhaal te schrijven. Ik ben blij dat ik een christen ben. Dankbaar en blij, is misschien correcter uitgedrukt. Te midden van een onrustige wereld, vol prikkels, keuzes, grenzeloze ontwikkeling, grenzeloos geweld en grenzeloze armoede, is God voor mij een baken van rust. Hij kent mijn eigen onrust en mijn eigen onzuiverheid, maar Hij zal mij daar niet om veroordelen. Ik mag leven in de overtuiging dat die baby uit die stal in Bethlehem, alles voor mij gedaan heeft en dat Hij degene is die uiteindelijk zal gaan regeren. Vooral dat laatste geeft mij soms echt een vlaag van blijdschap: wat zal het de wereld een rust geven, wanneer zij geregeerd wordt door iemand die volledig integer is. Ik denk dat ik oprecht kan zeggen dat ik bij God mijn rust vind.
Nou, best een mooi, positief kerstverhaal toch?
Een oud-supervisor van mij zou dit geloofsverhaal echter binnen drie seconden compleet kunnen ontkrachten. Het is dezelfde supervisor die het een belachelijk idee vond dat ik mijn website ‘dikkehamsters’ ging noemen. Ach, ik geef hem geen ongelijk. Hij zou zeggen dat mijn bovenstaande geloofsverhaaltje simpelweg een vorm van ‘contraconditionering’ is. Contraconditionering is een psychologische term voor het herhaaldelijk invoegen van een tegenovergesteld (contra) gevoel, op het moment dat er een negatief gevoel dreigt te ontstaan. Doe je dit vaak en goed genoeg, dan neemt het ingevoegde (positieve) gevoel het langzaamaan over van het negatieve gevoel. Dit leerproces noem je conditionering.
In mijn bovenstaande geloofsverhaal werkt het als volgt: wanneer ik mij onrustig voel, ga ik op zoek naar een tegenovergesteld en dus rustig/prettig gevoel. Het idee van een almachtige god die vanuit liefde naar iedereen kijkt, kan die rol prachtig vervullen. Als ik onrustig ben, kan ik altijd naar een god toegaan die mijn liefdevol in de armen wil nemen. Als ik mezelf rot voel, kan ik altijd naar een god toegaan die zegt: “Je bent een parel in mijn hand”. En als ik een enorme hufter ben en domme dingen heb gedaan, kan ik altijd naar een god toe die zegt: “Niets kan jou scheiden van mijn liefde”.
Dus, ja: God is een prachtige vorm van contraconditionering. Hij is het tegenovergestelde gevoel voor alle mensen die zich verloren, eenzaam, rot, veroordeeld, onrustig, etc. voelen. Een typische (berijmde) Bijbelse uitspraak van contraconditionering is: “uit diepten van ellende, roep ik tot U o Heer!” De pelgrims konden dit uit volle borst meezingen: tijdens een ellendig lange wandeling, zing je jezelf een rustig gevoel toe.
De meest ultieme vorm van christelijke contraconditionering is natuurlijk onze manier van omgaan met de dood. Het onrustige idee van de dood, vervangen we door het rustgevende idee van een eeuwig leven, prachtiger en zorgelozer dan ooit tevoren. Ook daar zijn weer veel Bijbelse (en berijmde) uitspraken over te vinden: “Oh death where is thy sting? Oh, grave, where is thy victory?” En velen zullen bekend zijn met deze reactie op de eventuele angst voor de dood: “Nu jaagt de dood geen angst meer aan, want alles, alles is voldaan.” En daarmee zijn we van kerst overgestapt naar Pasen. Excuses.
Als psycholoog en ook als mens geef ik mijn supervisor dan ook helemaal gelijk: als je het psychologisch benadert, is God inderdaad een vorm van contraconditionering. Als alles uitzichtloos lijkt, geeft Hij ons hoop; vele eersten zullen de laatsten zijn; geen dood maar leven; in mijn falen toont Hij zijn kracht.
En weet je wat? Ik denk ook dat dit precies Gods bedoeling was. Jezus is ook naar de wereld gekomen als zuivere contraconditionering: Hij was de enige die een doodlopend spoor weer leven in kon blazen. Hij kwam als hoop in bange dagen. Hij zegt het nota bene zelf: “Ik ben niet gekomen voor de rechtvaardigen, maar voor de zondaars”. Hij had net zo goed kunnen zeggen: ik ben de contraconditionering voor diegenen die het nodig hebben.”
Dus ja, kerst gaat over de geboorte van de grote contraconditionering. Een simpel psychologisch trucje. Maar dan wel het enige Trucje dat echt redding bracht in de wereld.
Ik ben geen psycholoog, dus correct me if I’m wrong, maar contradictionering klinkt inderdaad als je een trucje. Het slechte (boze/verdrietige/…) gevoel mag er niet zijn en er is een manier om dat weg te drukken. Maar ga je daarmee niet voorbij aan de kern van het probleem?
En daarmee is het kerstverhaal voor mij anders, want als daar íets gebeurt is dat de kern aangepakt wordt. God die zich zo enorm verbonden voelt met ons dat hij één van ons werd. Omdat dat de enige manier was om de verbroken verbinding weer heel te maken.
Het is belangrijk om in iets te blijven geloven, dat geeft rust. Misschien pas ik als atheïst ook wel een contra conditionering toe. Ik geloof namelijk niet in God of in een hiernamaals als manier waarop alles goed komt. Maar ik geloof wel in iets anders. En dat is dat er geen mensenrechten meer worden geschonden hier op aarde, iedereen zal leven in vrede en niemand honger meer zal hebben.