Hoezo, een algemene christelijke kerk?

Ik schreef eerder al over mijn worsteling met de Drie Formulieren van Eenheid. Voor diegenen die geen idee hebben wat dat zijn: het is iets gereformeerds en ik verwijs je naar mijn eerste blog voor meer uitleg. Naast die Drie Formulieren van Eenheid zijn er nog drie documenten die binnen de gereformeerde kerk een ‘bepaald gezag’ hebben: de drie oecumenische geloofsbelijdenissen. Verreweg de bekendste daarvan is de apostolische geloofsbelijdenis (“Ik geloof in God de Vader…”).
In deze drie geloofsbelijdenissen belijden we al eeuwenlang dat we geloven in één God, één Vader, één Zoon, één Heilige Geest, één doop, vergeving van zonden, de opstanding van de doden en één algemene kerk. Inmiddels is het 2019 en we belijden deze woorden nog steeds. Alom bekend en voor velen ook duidelijk. Toch roept het bij mij, zeker in het jeugdwerk, ook vragen op.
Want het belijden van God de Vader: ja, doen we. God de Zoon: doen we ook. God de Heilige Geest: dat ligt in de gereformeerde/vrijgemaakte kerk al iets lastiger, maar oké, doen we ook. Maar een algemene christelijke kerk? Het spijt me, ik heb niet het gevoel dat we dit doen. Ja, we belijden het wel, maar ik vraag me sterk af of we het ook echt praktiseren. Practise what you preach?!
Even terug in de tijd. In de jaren zestig van de vorige eeuw werd nog catechisatie gegeven vanuit de ‘Kleine Kerkgeschiedenis’ van W. Meijer. Een driedelige boekenserie, speciaal voor kinderen en jongeren, waarin de indruk wordt gewekt van een zuivere gereformeerde kerk te midden van vele afgedwaalde of ketterse kerken. Een rechte lijn van apostelen naar de vrijgemaakte kerk, met vele (dorre) vertakkingen naar de zijkanten. Even een citaat rondom de strijd tussen Gomarus en Arminius: “De meeste studenten hadden veel op met de nieuwe prof, professor Arminius. En zijn dwalingen namen ze gemakkelijk over. Ja – zo gaat dat vaak onder zondige mensen. De dwalingen gaan er meestal in als koek. Onthoudt dat maar goed!”
Je zult maar jeugdleider geweest zijn in die tijd…
Die tijd is geweest natuurlijk, maar dat soort invloeden zitten nog wel in ons bloed. Het is volgens mij nog steeds een worsteling: het is lastig om in de praktijk te brengen dat we geloven in een algemene christelijke kerk. We zoeken wel toenadering en samenwerking en er wordt hard gewerkt om kerken (weer) samen te voegen, maar dit gaat langzaam en het doet pijn. Oude pijn vanuit het verleden die naar boven komt en nieuwe pijn vanuit het idee dat eigen tradities of gebruiken verloren zouden kunnen gaan.
Maar we hoeven natuurlijk niet per se alle kerken samen te voegen. Het idee ‘kerk’ is niet gebonden aan plaats, persoon of tijd. Heb ik ooit niet geleerd dat de kerk verstrooid is over de wereld maar samengevoegd is in één Geest? Dus het ultieme doel is niet één groot kerkgebouw. Het doel is wel: twintig kerken in één stad en met net zoveel respect ‘goedemorgen’ zeggen tegen diegene die jouw kerkje voorbijfietst en vier straten verderop met een vlag in zijn hand door zijn eigen kerk loopt te rennen. Ja, toch? Dat is toch ongeveer wat we belijden met elkaar?
Dit doet me denken aan onderstaand filmpje. Het zal u niet ontgaan zijn dat Ajax kampioen van Nederland is geworden – we hebben het dan over voetbal. Naast het kampioenschap, won Ajax ook de bekerfinale. Die finale werd gespeeld in ‘De Kuip’ in Rotterdam, het stadion van aartsrivaal Feyenoord. Daar mogen al tien jaar lang geen Ajax-supporters komen, zoals er ook geen Feyenoord-supporters in het Ajax-stadion mogen komen. Als u echt wilt weten waarom niet, dan moet u even hier klikken. Dit keer mochten er echter wel Ajax-supporters naar ‘De Kuip’ omdat de bekerfinale daar gespeeld werd tegen Willem II. En de Ajax-supporters namen een paar stickers mee…
Ik ben wel benieuwd hoe wij als kerkgangers zouden reageren als we een andere kerkdienst zouden bezoeken. Stel we zouden als gereformeerden een dienst van de baptistengemeente binnenlopen, wat voor stickers laten we dan achter? “Kinderdoop Rules!” “FCK Onderdompeling!” “OT&NT=1”? De sticker die we in een Pinkstergemeente zouden achterlaten is denk ik niet zo moeilijk: “Doe eens gewoon!”
Natuurlijk zouden we dit nooit echt doen. Maar in ons hoofd? Plakken we in ons hoofd niet stiekem heel veel van die stickers?
In die zin lijken wij als kerkgangers best wel op voetbalsupporters. En als ik zo vrij mag zijn, lijken wij gereformeerden misschien nog wel het meest op de Ajax-aanhang: een tikkeltje arrogant (“wij zijn de beste!”), het rood en wit van wijn en brood en met J.C. als grootste speler ooit.
En als we echt op voetbalsupporters lijken, dan hebben we een pittige opdracht voor onszelf. Want God vraagt van ons om ‘een algemene christelijke kerk’ te zijn, die niet gebonden is aan plaats of persoon. Dus we juichen niet alleen voor ons eigen kerkgebouw, maar ook voor het kerkgebouw vier straten verderop. En als we hun dienst zouden bezoeken, laten we geen stickers achter maar bedanken we ze voor de gastvrijheid. We zijn anders, maar samen.
Oecumenische geloofsbelijdenissen:|
– de apostolische geloofsbelijdenis.
Mogelijk al in de 2e eeuw geschreven. Wordt ‘apostolisch’ genoemd, omdat het opgesteld zou zijn door de apostelen.
– de geloofsbelijdenis van Nicea
Opgesteld in het jaar 325 tijdens een kerkvergadering in Nicea. Het is de enige belijdenis die in de kerk over de hele wereld beleden wordt
– de geloofsbelijdenis van Athanasius
Een belijdenis, mogelijk in de vijfde eeuw ontstaan en geschreven door Athanasius.
Ik geloof één algemene christelijke kerk. Deze uitspraak nodigt eerder uit tot stickers verzamelen dan stickers plakken, zou ik denken. En dan pak ik eerst de sticker van de kerk van vier straten verder. Thomas: eerst zien dan geloven. Ik: eerst begrijpen dan oordelen.
Mijn inziens is het vooral een generatie-dingetje. Zelf zit ik in een Vrijgemaakte gemeente maar heb gekozen voor de gemeente en niet voor de stroming. Om mij heen zie ik dat veel meer, er wordt door jonge mensen minder waarde gehecht aan welk label een bepaalde kerk heeft en met welke stokoude formulieren men elkaar terecht wil wijzen. Er wordt gekeken naar of een gemeente fijn is, het aansluit bij je geloofsbeleving en dat je er vindt wat je zoekt. Dan wissel je natuurlijk ook sneller van gemeente maar dat hokjesdenken is toch wat ouderwets.
Bij mij en wat ik veel van vrienden hoor zijn er een paar dingen echt belangrijk. Jezus aannemen als redder, afhankelijkheid ervaren en Bijbelgetrouw. Of dat in een kerk gebeurd (welke stroming dan ook), in een huisgemeente, lekker op straat of binnen je eigen gezin – dat zou niet uit moeten maken. Het clubjes gedrag (stromingen, christelijke organisatie) en hiërarchie van goedgelovigen is wat mij betreft een klinkend voorbeeld van onzekerheid en gebrek aan houvast bij God.
God is goed maar in de meeste kerken is hij niet. Kerkleden verklaren elkaar de oorlog om een verschil van opvatting of veroordelen elkaar naar de hel. De liefde en verdraagzaamheid gaat verloren wanneer zelfs predikers de raarste dingen roepen die in contrast staan met de liefde van God. Of uiten zich op zn minst door ware verklaringen die theologisch erg bedenkelijk zijn. De kerk is een plek waar je van alles opgelegd en geïndoctrineerd krijgt. Elke vrijheid om zelf je geloof te ontwikkelen wordt je ontnomen. Zo worden mensen die van God houden elke keer weer buitengesloten en beschadigd.