Klaar voor kanker?

Als GZ-psycholoog moet ik mij houden aan een beroepscode. Ik moet alle dingen die ik hoor geheim houden, ik mag geen relatie aangaan met cliënten en ik mag ook mijn geloof niet opdringen (misschien moet ik over dit laatste nog eens een aparte blog schrijven). Ik mag, helaas, ook geen cadeaus aannemen. Ik zal hier nu bekennen dat ik die laatste regel vorige week heb overtreden: ik heb een cadeau met veel plezier geaccepteerd. Nou ja, eigenlijk was het maar een cadeautje. Een cadeautje met zo’n typische verpakking, dat je direct weet van welke Groningse boekhandel het komt. Maar goed, de verpakking toch maar kapot gescheurd. Er zat een klein steentje in, gegraveerd. Aan de ene kant: “Trust in HIM at all times”. Aan de andere kant: Psalm 62:8 en een afbeelding van een duif.
Eerlijk gezegd? Ik hou helemaal niet van dat soort dingen: steentjes met teksten erop, duifjes, hartjes of andere versiersels. Dat is mij te zoetsappig. Leuk voor een Eva-weekend, maar niet voor mij (sorry dames). Maar voor dit steentje is alles anders. Dit steentje ga ik bewaren en misschien ga ik hem zelfs koesteren. Niet zozeer de tekst zelf en zeker niet dat lieflijke duifje, maar wel het verhaal erachter. Eigenlijk komt het verhaal neer op de vraag: ben jij er klaar voor om kanker te krijgen? Ik ga het uitleggen.
Per jaar krijgen 116.537 mensen kanker in Nederland. Dat zijn 13 mensen per uur. Behalve roken en het overmatig gebruiken van bekende, ongezonde dingen (alcohol, gifstoffen, asbest, etc.) tast de medische wereld nog aardig in het duister over de oorzaken ervan. Ik zie kanker als een beest. Een monster, dat willekeurig toe kan slaan, zonder enig begrip voor leeftijd, leefstijl, gezinssituatie of geloofsovertuiging. Het pakt vaak de wat oudere mens, maar hij kan ook meedogenloos tekeer gaan bij kinderen of tieners.
Ze is 53 jaar en kreeg borstkanker. Een verhaal wat ik inmiddels al (te) vaak gehoord heb in mijn spreekkamer: onder de douche, een oneffenheid voelen, paar weken afwachten, het zit er nog steeds, via de huisarts naar een echo en een punctie. En ineens is ze kankerpatiënt. De diagnose zet haar wereld op z’n kop: fijn huwelijk, lekker aan het werk en net twee maanden daarvoor oma geworden. Kanker! Boem! Ze krijgt een depressie en komt zo bij mij in de kamer. Niet meer genieten, futloos, passief, het leven is ‘zwart’. Niet meer kunnen ontspannen. Seks? Dat bestaat niet meer. Wat ooit haar vrouwelijke trots was, is nu ziek. Er zit een smerige tumor in. Ze walgt ervan en niemand mag eraan komen.
Een jaar later – vorige week – hebben we ons laatste gesprek. De depressie is weg, ze geniet weer, werkt 24 uur per week en straalt wanneer ze praat over haar kleindochter. Ze vindt weer ontspanning. En seks? Niet wat het geweest is, maar de borst mag langzaam weer aangeraakt worden. Alles koek en ei? Nee, zeker niet. De kanker is weggesneden en wegbestraald, maar ze beseft dat het terug kan komen. We hebben het uitgebreid besproken: het monster Kanker, dat keihard terug kan komen als je net denkt dat het verslagen is. Maar, zegt ze, ik ben er klaar voor. Wat volgt is een getuigenis: God is er bij. Op Hem mag ik vertrouwen. Niet dat dit mijn leven mooier maakt. Niet dat ik dan gezond blijf. Nee, het leven is voor mij niet anders dan dat van mijn niet-christelijke buurvrouw. God garandeert mij niet dat de kanker niet terugkomt. Maar God zegt wel dat Hij er zal zijn, ook in alle ellende die nog gaat komen. Dat is het grote verschil: Hij blijft, als alles instort. Dus laat die kanker maar terugkomen. Dat is wat ze me vertelt.
Het kan een enorme dooddoener zijn: vertrouw altijd op God, Hij is er altijd bij. En misschien ervaar je dit artikeltje ook wel zo. Dan spijt me dat. Maar ik had het voorrecht om gesprekken met deze vrouw te voeren. Hele persoonlijke gesprekken, vooral over de zware kant van het leven. En haar boodschap kwam wel bij me binnen: het leven is soms ongenadig zwaar, maar Hij is erbij. Trust in HIM at all times. Een foeilelijk steentje, dat ik met plezier ga bewaren.
Maar of ik ook klaar ben voor kanker? Nee, dat denk ik niet. Jij?
Laat een reactie achter